Veertig jaren bij de Post – een interview met Bé Bosman

Onregelmatig kom ik dorpsgenoot Bé Bosman tegen. We kennen elkaar uit de periode dat we beiden aan de Achterweg 1 in Groningen werkten.  Uiteraard praten we elkaar dan even weer bij en kijken we terug. Bé heeft een veelzijdige carrière gehad bij Post. Op enig moment vroeg ik hem: “Bé, zullen we er eens voor gaan zitten? Vertel me het hele verhaal eens!” Daar was hij graag toe bereid. Nadat de afspraak een paar keer uitgesteld werd – hij is nog steeds erg druk- zaten we dan eindelijk op 4 juli 2022 tegenover elkaar en kwamen de verhalen los (G = Guus, B = Bé).

G: Bé, brand los. Waar kom je vandaan en hoe ben je bij de Post terecht gekomen?

B: Ik ben geboren in Steenwijk, maar toen ik twee en een half was zijn we naar Kampen verhuisd. Toen ik van de MULO kwam wilde ik graag naar de cursus voor kantoorambtenaar, maar net dat jaar startte er geen cursus. Toen heb ik een jaar op de melkfabriek in Kampen gewerkt. Post was niet echt zo’n heel bewuste keuze, maar mijn vader was kunstenaar en mijn moeder vond het wel heel belangrijk dat ik ergens ging werken bij een werkgever die een vaste baan met een vast inkomen kon garanderen. Op 1 september 1965 was het eindelijk zo ver. Ik werd emp 3 kta en startte de cursus, die toen negen maanden duurde, onder leiding van cursusleider Klaas de Dood in een leslokaal van het postdistrict Zwolle aan de Badhuiswal.  Een mooie tijd met zo’n groep leeftijdgenoten. Na afronding van de cursus begon je achter het loket. In mijn geval was dat het postkantoor in Kampen, maar natuurlijk werd ik ook op verschillende plekken in het grote ressort van Kampen ingezet. Het postkantoor in Kampen staat er nog, het is tot een appartementencomplex verbouwd.

G: Maar je bent niet lang achter het loket gebleven?

B: Ik was te nieuwsgierig, hield van afwisseling en wilde verder leren.  In 1969 werd ik rijksambtenaar in vaste dienst en in de jaren 1972/1973 haalde ik mijn PTT Post-vakexamens. Een absolute voorwaarde was dat om hogerop te komen. In 1974 werd ik zelf cursusleider. Ik kreeg een opleiding in Den Haag. Ook liet Post mij verder studeren. Ik heb de diploma’s Sociale Pedagogie MO-A en MO-B gehaald. Het docent zijn lag me wel, ik werk graag met mensen. In 1981 kwam ik bij Vorming & Training van het postdistrict Zwolle terecht en ging ik cursussen klantgerichtheid en leidinggeven verzorgen. Als ik terugkijk, heb ik in die 40 jaren zo’n twaalf functies gehad, gemiddeld zo’n 3,5 jaar per baan. Nieuwe uitdagingen vond ik leuk. Maar je moet soms ook iemand hebben die je stimuleert. In mijn geval was dat Peter van Minderhout, hij stimuleerde me de exploitatie in te gaan en zelf een leidinggevende functie op me te nemen. Zo werd ik chef Postverkeer in Lelystad.

Links: twee foto's van de groep cursisten van de opleiding tot kantoorambtenaar 1965. Boven zien we ook het cursusgebouw. Verlof A was aanwezig in dit "Eigen Gebouw voor alle Prot. Christelijke Actie"

Links: het hoofdpostkantoor van Kampen, gebouwd onder leiding van Rijksbouwmeester Peters. Nu een appartementencomplex

In het uniform van de postbode tijdens de Derde Koolzaadtocht in Dronten. Het is 1967.

Van 1967 naar het heden van 2022.

Dit is het postkantoor van Lelystad dat nu te koop staat. Op de begane grond waren de loketten. Op de eerste etage de bestellerszaal.

G: Een nieuwe stad toen nog. Dat moet ingewikkeld zijn geweest?

B: Zeker, een stad met veel problemen. Een mix van stugge Kampenaren en vlotte Amsterdammers. Grootste uitdaging was het ziekteverzuim omlaag te krijgen, toen ik kwam was dat 30%. Dat is echt astronomisch! Hoe dat kan in zo’n plaats? Ik denk dat het komt omdat de leidinggevenden niet in staat waren een gemeenschap met gezamenlijke waarden te creëren, er was geen betrokkenheid. Men kwam er om geld te verdienen en als dat kon met niet te werken, was dat ook goed. Ik herinner me een ochtend dat ik binnenkwam en een aantal bestellers me aanhield. Ze wilden met me praten, want het was veel, veel te druk. Een uur lang hielden ze me op. Ik zag ze weg gaan en een half uur voor het einde van hun dienst weer binnenkomen. Ik heb ze toen bij me geroepen en gevraagd: Heren twee mogelijkheden: ik laat de diensten opnieuw uitrekenen door de afdeling organisatie of we laten het maar zo. Zeker weten dat ze het graag nog even zo wilden  laten!

G: Hoe pakte je dat verder aan?

B: Bij herhaling wel het goede verhaal vertellen natuurlijk. En ook voorbeeldgedrag laten zien, hoe moet het wel en hoe moet het niet. Ik herinner met dat een besteller zich ziek meldde, de rug speelde op. Met de hoofdbesteller gingen we op huisbezoek en we zagen hem met een kruiwagen heen en weer lopen. Binnen een uur moest hij op kantoor op het matje komen. We schreven verlof af en het was voor iedereen duidelijk dat dit soort grappen niet gepikt werd. Ook zagen we eens dat een zieke met foto en al in de krant stond, hij kon niet werken, maar op zondag wel voetballen. Ja meneer, dat is iets héél anders. Of toen ik met de hoofdbesteller op huisbezoek ging na een ziekmelding. Hij was niet thuis, maar we zagen hem achter het bovenraam bij de buren. Hij moet op het (bijna versleten) matje komen, werd ontslagen. Hij protesteerde tot de Raad van Beroep, maar het ontslag was terecht. Je moet je wel aan de voorschriften tot thuis blijven bij ziekte houden.

Een beetje triest was het verhaal van een besteller die bij een klant was binnengevlucht omdat een kraai hem achtervolgde. We gingen hem halen en verdorie, toen we buiten kwamen in een groepje begon die kraai weer hem aan te vallen! Dat vergeet je niet.

Groningen - Achterweg 1. Hier was het EKP Groningen gevestigd, het postdistrict en later RVE en Rayon Groningen

Het managementteam van het RVE Groningen, helemaal links staat Bé. De zittende man in het midden is Ronald Meliëzer

Het managementteam van het Rayon Groningen. Derde van links op de onderste rij zit Bé. Op de achterste rij helemaal rechts Rayonmanager Lute Rademaker.

Meedoen aan een managementgame. Let op de witte, zware, laptop.

G: En toen terug naar Zwolle?

B: Ja, die 30% ziekteverzuim was 10% geworden. Nog onbevredigend, maar Peter van Minderhout, toen Hoofd Personeelsdienst vroeg me in 1988 om waarnemend hoofd te worden. Voor de verzelfstandiging van de PTT op 1 januari 1989 fuseerden de districten tot regio’s. Ik werd toen Hoofd P&O van het Dienstencentrum. Toen dat enige tijd later werd opgeheven verhuisde ik voor een baan naar Groningen (dat vond mijn dochter van 15 niet leuk!). Ik kreeg de functie met de mooie naam Productmanager Besteldiensten. De bestelkantoren in de stad Groningen vielen onder mij. Mijn taaiste klus in die periode was het afbouwen van het nachtproces aan de Achterweg. Een groep die ik gemakshalve maar “gesjeesde studenten” noemde had tot taak om ’s nachts de bundels die aan kwamen te sorteren over de bestelkantoren. Dat traineerden ze, de nacht door praatten ze over triviale zaken, en op het einde van de nacht moest de post nog even weg. Zo werd het hele afvoerproces verstoord en zaten op de bestelkantoren mensen duimen te draaien in de voornacht. Tijdens een werkoverleg kreeg ik vooral te horen dat ze heel druk waren en, wist ik dat er een film was waarin ze lieten zien dat in Amerika bij de post een chef werd vermoord? Na veel discussie waren ze het er mee eens dat niet de eigen organisatie afdeling maar de afdeling van Zwolle een onderzoek ging doen. Toen die drempel over was konden we het afbouwen. Ik herinner me nog wel dat ooit een dwarsligger bij een demonstratie in Duitsland werd opgepakt. In zijn dossier stond dat hij als zoiets nog één keer gebeurde hij werd ontslagen. Dat deden we. Er werden zelfs Kamervragen over gesteld. De heer Scheepbouwer belde nog om te zeggen dat hoe de politiek er ook over oordeelde, hij achter ons stond.

G: De reorganisaties volgden elkaar steeds sneller op. De regio’s werden opgeheven in de jaren 1994/1995. Waar kwam je toen terecht?

B: Ik kon gelukkig in Groningen blijven en kreeg de mooie baan van manager van het Servicecentrum van het Rayon Groningen onder rayonmanager Lute Rademaker. Dat heb ik drie jaar gedaan. Voor het eerst kreeg ik een eigen PC op een bureau. (Ik had wel eens zo’n zware laptop gehad, herinner me dat ik een floppy er uit trok om een getypt stuk af te sluiten, dat bleek toch anders te werken). In deze rol had ik onder me een financiële afdeling, een personeelsafdeling en de algemene zaken.

De volgende reorganisatie vond plaats in juni 1998. Post en Telecom splitsten en dat maakte dat Post een eigen Vastgoed afdeling moest oprichten. Ik had totaal geen verstand van vastgoed, dat vond men geen bezwaar. Ik werd teammanager onder Peter Savelberg en Len van Reekom. Ik trad wel een andere wereld binnen. Ik herinner me chique werkconferenties in Rotterdam en Amsterdam. Ook waren we ooit drie dagen in Maastricht. De dineerden in Château Neercanne (net als enige tijd daarvoor de Europese regeringsleiders) en overnachten in Château Sint Gerlach. Echt, ik durfde mijn collega’s niet te vertellen waar ik geweest was! In Utrecht mocht ik een cursus volgen om mijn vastgoedkennis op peil te brengen. Dat was heel interessant. Ik was veel onderweg want ik kreeg als regio heel Noordoost Nederland, een stukje Gelderland en Noord-Holland boven het Noordzeekanaal. Op een mooie dag werd ik gebeld door Len. Wat hij nu allemaal in de krant las over het postkantoor Zutphen! Maar ik had niets gezegd. Een creatieve journalist had een mooi verhaal verzonnen en mijn naam misbruikt.

Vastgoedteam Groningen

Vastgoed bij de Oude Muntkelder in Utrecht

Vastgoed in Chateau Neercanne

In het opleidingscentrum van KPN Meerwold (Groningen) wordt een ploeg opgeleid tot EFQM facilitator

G: Je laat een mooie foto van een postkantoor zien? Waar is dit?

B: Dit is het kantoor een Zuidhorn. In die jaren hadden we het concept van Formulematig bouwen bedacht. Alle bestelkantoren moesten gebouwd worden volgens hetzelfde concept. We gingen ook kijken (en eten) bij McDonalds. Die bouwden ook alle restaurant volgens één concept. De kantoren die we hadden konden wel afgestoten worden. Maar de ontwikkelingen in het bedrijf gingen snel. Het idee werd achterhaald. Het kantoor in Zuidhorn is het enige dat gebouwd werd (bij mijn weten), dat in samenwerking met het architectenbureau CEPEZED uit Delft. Nu zit er een fysiotherapeut. Ik heb veel geleerd in die jaren – maar vastgoed was niet echt mijn ding.

G: En dus ging je weer wat anders doen?

B:In die jaren, rond de eeuwwisseling, was het bedrijf erg bezig met kwaliteit. We wonnen de Nederlandse Kwaliteitsprijs, maar door de reorganisatie Briefpost 2000 was er wel even een dipje in de kwaliteit.  De “European Foundation for Excellence” had een model ter beschikking om heel systematisch je hele organisatie door te lichten. Ik werd facilitator van dat proces en ging langs alle sorteercentra om het EFQM-model daar te implementeren. Dat liep natuurlijk weer af toen iedereen het door had. Op 1 september 2001 startte ik als coördinator Personeelszaken bij mijn voormalige rayonmanager Lute Rademaker.  In die rol kreeg ik te maken met de concentratie van de personeelsadministratie in een HR Shared Service Centre. Dit was mijn laatste baan. Fysiek kreeg ik wat mankementen en ik kon na 40 dienstjaren in de VUT. Op 1 december 2005 kreeg ik een mooi afscheid. Mooi onderdeel daarvan was een diner in het bedrijfsrestaurant met daarna een rondleiding door het sorteercentrum – kon mijn familie ook eens zien waarvoor ik me altijd zo druk maakte.

G: En hoe kijk je nu terug op al die jaren?

B: Een aantal anekdotes blijft altijd hangen. Ik vertelde al het verhaal van de kraai. Maar heel bijzonder  was ook het meemaken van de start van Lelystad. Op 28 september 1967 kwamen daar de eerste inwoners. Een goede kennis had daar in een drive in woning aan de Steile Bank zijn postkantoor. Met loket en een ruimte om de post voor te bereiden die hij dan zelf wegbracht.  In de eerste (koude) winter van 1967/1968 heb ik daar een weekje gelogeerd. Ook ben ik nog negen maanden in de kost geweest toen ik in moest invallen op het postkantoor in Dronten.  Ik was daar in de kost bij de kantoorhouder. De eerste dag kreeg ik bij het ontbijt een plak gemberkoek, waar ik van gruwel, maar dat niet durfde te zeggen. Dat ging negen maanden door en ze bleef er steeds bij staan. Ik was nog iets te bleu.

Maar ik kijk terug op een hele bijzondere tijd. Post heeft me heel veel kansen geboden na mijn MULO. Ik heb pedagogiek, bedrijfskunde en vastgoed kunnen studeren en mooie uitdagende banen gehad in een mooi bedrijf. Ik heb prima bazen gehad en met veel oud-collega’s nog een goed contact. Wat wil een mens meer?

 

Links: Het eerste (en enige?) pand dat gebouwd werd in het kader van Formulematig Bouwen staat in Zuidhorn aan de Hooiweg 2, nu is er een fysiotherapeut gevestigd. 

Boven: Het Sorteercentrum Brieven aan de Anthony Fokkerstraat 2 in Zwolle.

Maak jouw eigen website met JouwWeb