Een bijzondere postgeschiedenis Deel 1

Deze site heet niet voor niets “Een Postgeschiedenis”. We hebben niet de pretentie de ultieme geschiedenis van PostNL of postroutes vanaf de steentijd te schrijven. Wel hopen we dat uit de vele verhalen die u op deze site kunt vinden een beeld krijgt van alle ontwikkelingen die geleid hebben tot het postale landschap anno 2025. Met nadruk proberen we ook te laten zien wat resteert uit de rijke geschiedenis.

Een van de vragen die bij ons op kwam is: hoe beeldt Post zichzelf af? Hoe kunnen we die vraag beter beantwoorden dan door te kijken naar de postzegels die Post uitgegeven heeft met postale onderwerpen. Dat doen we hierna, met af en toe een klein uitstapje naar de voormalige collega’s van Telecom (nu KPN).

De opzet is als volgt: we zoeken uit de catalogus van de Nederlandse Vereniging van Postzegel Handelaren (NVPH) de zegels met postale onderwerpen. Die rubriceren we niet op jaar van uitgifte, maar aan de hand van gebeurtenissen in bepaalde jaren. Daar geven we dan een korte beschrijving van. Zo ontstaat een overzicht; een postgeschiedenis. Bij de tekst vermelden we jaar van uitgifte en NVPH nummer.

1500 Thurn und Taxis

De familie Tasso (dassen), later Thurn und Taxis, vindt haar oorsprong in de 12e eeuw in Lombardije. In de 14e eeuw richtten zij een koeriersdienst op voor de Republiek Venetië en in de 15e eeuw voor de pausen. De broers Janetto en Francesco dei Tasso richtten in 1490 namens de Habsburgse keizer  Maximiliaan I keizer de Europese postdienst op.

Post werd vervoerd per koerier of per postkoets. De nakomelingen bestierden als erfelijke postmeesters-generaal het Keizerlijke Postkantoor vanuit Brussel, vanaf 1701 vanuit Frankfurt am Main en vanaf 1748 vanuit Regensburg . Na de ontbinding van het Heilige Roomse Rijk in 1806 namen enkele opvolgerstaten de faciliteiten van de keizerlijke postdienst Taxis over.

Na de overwinning in de Pruisisch-Oostenrijkse Oorlog dwong Pruisen in 1867 de overdracht van het bedrijf aan de Pruisische staat af, in ruil voor compensatie. Bron: Wikipedia

2020 NVPH3845,3846

1700 De Posthoorn

Een posthoorn is een klein koperen blaasinstrument dat niet over ventielen beschikt. Op een posthoorn kunnen slechts natuurtonen worden gespeeld door overblazen. De posthoorn werd in de 18e en 19e eeuw gebruikt als signaalinstrument op de vroegere postkoetsen en door postbezorgers te paard (de postiljons), om aan te kondigen dat de postbezorger arriveerde. Zodoende konden mensen ten tijde van het ontbreken van postkantoren hun post bij de postkoets afhalen en nieuwe post ter bezorging aanbieden. In het embleem van de posterijen in vele landen is een gestileerde posthoorn afgebeeld.

Het instrument heeft doorgaans een ronde vorm met een cirkelvormige draaiing in de buis, al komen ook rechte varianten voor. Het is een voorbeeld van een natuurhoorn. (Bron: Wikipedia)

In Nederland is de posthoorn de naam van vele locaties die vroeger een rol hadden in het postale proces. Bijvoorbeeld voor het wisselen van paarden.  Op vele postkantoren is de posthoorn ook als decoratief element aangebracht.

1923 NVPH112

1750 Trekschuit en postkoets

Waterrijk Nederland had al snel een netwerk van kanalen en vaarten. De beste en vooral meest comfortabele manier om van de ene plaats naar de andere te komen was dan ook in grote delen van het land de trekschuit. Getrokken door paarden die over een jaagpad liepen. De postkoets (ook voor personen en post)was veel minder gerieflijk.

2000 NVPH1926

1799 Eén Postdienst

Op 15 januari 1799 werden alle in ons land bestaande postorganisaties genationaliseerd. De politieke bovenlaag van de toenmalige Bataafse Republiek was van mening dat alleen een nationale postdienst over de middelen beschikte en daardoor in staat was voor een goede inrichting van wat men noemde “de openbare vervoering van brieven”. Ongetwijfeld spiegelde men de organisatie aan de Franse postdienst.

1999 NVPH1810

1850 Postwet

De eerste decennia van de 19e was er niet sprake van grote veranderingen t.o.v. de voorgaande eeuwen. Het paard was nog steeds essentieel bij het vervoer van post. De ontvanger betaalde het port, dat opliep afhankelijk van de afstand. Maar Nederland veranderde. In 1848 kwam er een nieuwe grondwet. Er kwam in 1850 een postwet die bijvoorbeeld bepaalde dat in grotere plaatsen een postkantoor opgericht moest worden. Op de postzegel zien we een postkar afgebeeld.

1942 NVPH422

1852 Eerste postzegel

Op 1 januari 1852 verschenen de eerste postzegels. De verzender van de brief moest nu de port betalen. Dat werd niet makkelijk geaccepteerd door de Nederlanders, schoorvoetend ging men van de mogelijkheid gebruik maken. Het plaatsen van brievenbussen maakte dit allemaal wel makkelijker.

De hoofdbus bleef meestal in de muur van het postkantoor of als grote staande bus voor het kantoor. Maar geleidelijk kwamen er ook bijbussen in de stad.

Ondertussen ontwikkelde zich in Nederland ook de telegraaf, oorspronkelijk in eigen organisaties, maar later samengevoegd onder de vlag van Rijkstelegraaf. Nog later gingen Post en Telegraaf samen en kregen de Nederlandse steden een P&T-kantoor, geleid door een P&T-directeur. Op de zegels uit 1952 zien we een ouderwetse postbode met oude huizen en een moderne postbode met nieuwe huizen. Ook zien we telegraafpalen en radiomasten.

1952 NVPH588-591

1855 Post per trein

In 1839 reed in Nederland de eerste trein. Post ontdekte relatief snel het gemak en de snelheid van de trein. In 1855 reed een eerste expeditiekantoor in een treinwagon mee tussen Moerdijk en Antwerpen. 

Tussen 1850 en 1870 werd in Nederland een fijnmazig spoorwegnet neergelegd waar Post steeds meer gebruik van ging maken. Langzaam verdween de postkoets naar de achtergrond.

Deel van een velletje (geen NVPH nummer) uitgegeven ter gelegenheid van een expositie van posstreinen en het Spoorwegmuseum.

2022

1870 Nieuwe wetgeving: Directeur volgt kantoor

In 1870 kwam er een nieuwe versie van de postwet. We zouden kunnen zeggen dat tussen 1850 en 1870 Post vooral bezig was met de uitbreiding van het netwerk van kantoren en verbindingen. Na 1870 zou de uitbreiding van het dienstenpakket op de voorgrond staan.

Er kwamen steeds meer hoofd- en hulpkantoren. Na 1872 ook bijkantoren. Talrijke nieuwe postkantoren werden in de centra van de Nederlandse steden gebouwd. In een nieuw hoofdpostkantoor kwam ook een dienstwoning. Het was niet meer vol te houden dat de plek van het postkantoor afhankelijk was van de ligging van de woning van de directeur.

Een grootheid was architect Peters die als Rijksbouwmeester alleen al verantwoordelijk was voor de bouw van meer dan honderd postkantoren. Post heeft maar één keer een postkantoor op een zegel vereeuwigd. We zien op de zegel het Groningse hoofdkantoor van KPN  (geopend in 1990) naast het postkantoor van het Zeeuwse Veere. Dit gebouw kreeg in 1878 zijn huidige vorm en werd postkantoor in 1906.

1990 NVPH 1451-1452

rechts  1943 NVPH542-543

boven   1974 NVPH 1058

1874 Wereldpostvereniging

Binnen Nederland waren de postzaken inmiddels redelijk geregeld. Het aantal brieven steeg jaarlijks gestaag. Internationaal was het allemaal veel complexer. Daar moest een einde aankomen vond de Duitse General-Postmeister Heinrich von Stephan. In 1874 kwamen de landen in Bern bijeen om samen een unie met uniforme regels te vormen. 1200 bilaterale regelingen konden vervallen. De porttarieven gingen omlaag. Dit kwam de bloeiende internationale handel zeer ten goede! Post heeft er zelfs twee keer een zegel voor uitgebracht.

2013 NVPH 3049

1878 Vrouwen bij de Post

Door de groei van het verkeer en steeds meer nieuwe diensten was steeds meer personeel benodigd. In 1878 waren daar ook vrouwen onder. Ze konden zelfs directeur worden. Hun maximale inkomen was 1000 gulden, dus de grote kantoren bleven buiten bereik. Protesterenden brachten morele en praktische bezwaren naar voren. Helaas: we vinden geen afbeelding van een vrouwelijke postmedewerker op een postzegel. Wel het portret van Belle van Zuylen. (Zuilen, 20 oktober 1740 – Colombier, 27 december 1805). Zij was een Franstalige schrijfster en componiste. Ze schreef romans, (zelf)portretten, fabels, poëzie, novelles, pamfletten, toneelstukken, opera's (libretti en muziek) en componeerde verder liederen, menuetten en klaviersonates. Een zeer ontwikkelde vrouw. Ze schreef duizenden brieven, waarvan er meer dan 2600 bewaard zijn gebleven.

1881 Nieuwe PTT diensten

De postwet van 1870 bracht ook het uniforme post. Niet langer was afstand de belangrijkste . factor voor het tarief. Ook werd de frankering nu verplicht. In 1871 werd al de briefkaart geïntroduceerd. In 1881 viel het besluit tot oprichting van de

pakketpost. Dat was makkelijk voor de handel, de tweede kamer constateerde dat Post tenslotte overal kwam. Vanaf 1883 kon op alle hoofd- en hulpkantoren pakketpost worden aangeboden. Op 1 april 1881 werd de Rijkspostspaarbank opgericht. Die stond los van de Post, maar op alle postkantoren zou de mogelijkheid komen om geld te storten en op te nemen. Post kreeg daarvoor een vergoeding.

1981 NVPH1220-1222

 

Voor het vervolg zie: Een bijzondere postgeschiedenis Deel 2

Maak jouw eigen website met JouwWeb